Verkiezingsprotesten. Er wordt gereageerd op de verklaring van voormalige voorzitters van het Constitutionele Hof. "Met verdriet en verontwaardiging."
De ondertekenaars van het standpunt stellen stellig dat "er geen juridische gronden zijn om de status van rechters die zijn benoemd als gevolg van de uitoefening van het prerogatief van de president op verzoek van de Nationale Raad voor Justitie, hetgeen door het Constitutionele Hof in talrijke uitspraken is bevestigd, in twijfel te trekken."
Volgens hen is "de stelling dat de Kamer voor Buitengewone Controle en Publieke Zaken van het Hooggerechtshof geen rechtbank is, in de openbare ruimte opgericht om onrust en geschillen te veroorzaken". Zoals benadrukt, is er geen enkele toepasselijke rechtsnorm die deze Kamer de bevoegdheid ontzegt om de geldigheid of ongeldigheid van verkiezingen te bevestigen.
RP